Dit hoofdstuk laat zien hoe je de paletten en hun inhoud kunt aanpassen; het toepassen van paletitems wordt al behandeld in De paletten gebruiken (basisfuncties).
Om een vooraf ingestelde of een aangepast palet toe te voegen, zie De paletten gebruiken: Meer paletten toevoegen.
Om een vooraf ingesteld-palet te verbergen, klik je er met de rechtermuisknop op en selecteer je Verberg palet. Het palet keert terug naar de lijst Voeg palet toe (zie hierboven). Merk op dat vooraf ingestelde paletten niet kunnen worden verwijderd.
Om een eigen palet te verbergen of te verwijderen, klik je er met de rechtermuisknop op en selecteer je Verberg/verwijder palet. Volg daarna de instructies in het dialoogvenster.
Om de volgorde van een palet te wijzigen sleep je het gewoon omhoog of omlaag en zet je het neer op de gewenste positie in de paletlijst.
Paletten kunnen worden (aan)gevuld met items uit het Hoofdpalet (Shift+F9 of Weergave→Hoofdpalet) of vanuit een geopende partituur.
Partituur-items worden, wanneer ze aan een palet worden toegevoegd, opgeslagen met hun aangepaste eigenschappen.
Bewerken voor een bepaald palet in-/uitschakelen:
Om een symbool van het hoofdpalet toe te voegen aan een palet in het paletten paneel:
Als je een eigen palet hebt gemaakt, is er een andere manier om toegang te krijgen tot het Hoofdpalet:
Om elementen vanuit de partituur aan een palet toe te voegen:
Symbolen kunnen eenvoudig van het ene open palet naar het andere worden verplaatst door ze te slepen en neer te zetten.
Om een element in een palet te verwijderen, klik je er met de rechtermuisknop op en selecteer je Verwijder. In het geval van vooraf ingesteld paletten, wordt het element verplaatst naar de sectie Meer. Voor eigen paletten krijg je de keuze tussen Verberg (verplaatst het element naar de sectie Meer) of Verwijder permanent.
Om een palet terug te zetten naar de standaardstatus, klik je met de rechtermuisknop op de paletnaam of klik je op het ellipssymbool (drie puntjes) rechts van de paletnaam en selecteer je vervolgens Herstel palet.
Opmerking: een eigen palet zal bij deze handeling veranderen in een leeg palet.
Om een palet op te slaan, klik je met de rechtermuisknop op de paletnaam of klik je op het ellipssymbool (drie puntjes) rechts van de paletnaam en selecteer je vervolgens Sla palet op.
Om een eerder opgeslagen palet te laden, klik je met de rechtermuisknop op een paletnaam of klik je op het ellipssymbool (drie puntjes) rechts van de paletnaam, selecteer je Laad palet en navigeer vervolgens naar het gewenste palet, selecteer het en klik op Openen.
Om toegang te krijgen tot weergaveopties voor het paletgebied, klik je op het ellipssymbool (drie puntjes) rechts van de titel Paletten bovenaan het paletgebied.
Om toegang te krijgen tot Palet-eigenschappen voor individuele paletten, klik je met de rechtermuisknop op de paletnaam of klik je op het ellipssymbool (drie puntjes) rechts van de paletnaam en selecteer je vervolgens Palet-eigenschappen.
Hiermee kun je het palet hernoemen, een zichtbaar raster maken om elementen te scheiden, de breedte en hoogte van cellen aanpassen en de schaal en correctie van de symbolen wijzigen.