Toegankelijkheid
Schermlezers
MuseScore 4 ondersteunt de volgende schermlezers op elk besturingssysteem:
- Windows 10 en 11: Narrator en NVDA
- macOS: VoiceOver
- Linux: Orca
Spraak met JAWS werkt over het algemeen maar de uitvoer is niet zo volledig als met Narrator of NVDA.
Spraak op Windows
Als de spraakuitvoer van de schermlezer op enig moment niet meer werkt, druk dan op Alt+F om de focus op het menu Bestand te krijgen en druk vervolgens tweemaal op Esc om terug te keren naar waar je was in de app, waarna spraak weer normaal zou moeten werken. Het kan nodig zijn om dit te doen als je bijvoorbeeld de schermlezer start nadat MuseScore al draait.
Spraak op macOS
De Quick Nav-modus van VoiceOver moet worden uitgeschakeld tijdens het gebruik van MuseScore 4. Je kunt Quick Nav in- of uitschakelen door tegelijkertijd op de Linker en Rechtse pijltjestoetsen te drukken terwijl VoiceOver actief is of je kunt Quick Nav uitschakelen vanuit VoiceOver Utility > Commanders.
De interface van MuseScore is navigeerbaar met de tabcursor en met de eigen cursor van VoiceOver. Over het algemeen is het het beste om de tabcursor te gebruiken, omdat deze overeenkomt met de interface op andere platformen en als zodanig de interface is die wordt beschreven in de meeste documentatie en voorbeelden. De cursor van VoiceOver kan worden gebruikt om delen van de applicatie te bereiken die nog niet toegankelijk zijn via de tabcursor. Wanneer je de tabcursor gebruikt, vergeet dan niet de pijltoetsen en Tab te gebruiken voor navigatie (zie Navigeren in de gebruikersinterface).
Spraak op Linux
Op Linux is het nodig om de schermlezer te starten voordat je MuseScore start, anders worden de toegankelijkheidsfuncties uitgeschakeld om systeembronnen te besparen. Als je dit vergeet, sluit je gewoon MuseScore af en start je het opnieuw. Hetzelfde geldt voor alle Linux-applicaties die op het Qt-framework zijn gebouwd.
Orca is de schermlezer met de meeste functies die beschikbaar is voor Linux. Orca is ingebouwd in de GNOME-desktopomgeving, dus het wordt aanbevolen dat Linux-gebruikers met toegankelijkheidsbehoeften een distributie gebruiken die is gebaseerd op GNOME of een afgeleide daarvan.
Toetsenbord gebruik
Navigeren door de gebruikersinterface
Toetsenbordnavigatie in de gebruikersinterface (UI) van MuseScore 4 is afhankelijk van de pijltjestoetsen naast de tab-toets. Druk op de tab-toets om door elke bediengroep te bladeren en gebruik vervolgens de pijltoetsen om naar individuele bedieningselementen binnen de groep te navigeren. Met dit nieuwe navigatiesysteem kun je overal in de interface navigeren met veel minder toetsaanslagen dan wanneer de tab-toets zou worden gebruikt om toegang te krijgen tot elk afzonderlijk besturingselement, zoals gewoonlijk het geval is in andere applicaties, inclusief eerdere versies van MuseScore. Het nieuwe navigatiesysteem wordt nog verfijnd en feedback is welkom op het Development Forum (Engelstalig).
Naast de pijltjestoetsen en de tab is er een nieuwe F6-sneltoets die wisselt tussen de verschillende panelen binnen het programma. Hier ziet je hoe de navigatiesnelkoppelingen samenwerken om een hiërarchisch navigatiesysteem te creëren:
-
Omhoog, Omlaag, Links en Rechts pijltjestoetsen: Verplaats de focus van het ene besturingselement naar het volgende binnen een bedieningsgroep (bijv. navigeren tussen knoppen in een werkbalk).
-
Tab en Shift+Tab: Verplaats de focus van de ene bedieningsgroep naar de volgende (bijv. navigeren tussen werkbalken).
-
F6 en Shift+F6: Verplaats de focus tussen panelen en grote delen van de gebruikersinterface (navigeer bijvoorbeeld van werkbalken naar de paletten- of notatieweergave).
Standaard kan de accent grave-toets ` (ook wel "backtick" genoemd) worden gebruikt als alternatief voor F6 voor navigatie tussen panelen. Op de meeste QWERTY-toetsenborden bevindt het accent grave zich boven de Tab-toets. Als het er niet op je toetsenbord staat, overweeg dan om deze sneltoets in Voorkeuren te wijzigen in de toets die boven Tab op je toetsenbord staat, omdat het handig kan zijn om de navigatie toetsen die dicht bij elkaar liggen.
Nadat je naar een knop of bedieningselement bent genavigeerd, kan deze in de meeste gevallen worden geactiveerd door op de spatiebalk, Enter of Return-toets te drukken. Binnen lijsten en andere itemweergaven wordt de spatiebalk vaak gebruikt om items te selecteren in plaats van ze te activeren. Eenmaal geselecteerd, kunnen bepaalde items worden verwijderd door op de toets Delete te drukken of worden gewijzigd door met tabs naar andere UI-besturingselementen te gaan die actief worden zodra iets is geselecteerd. Deze aanpak kan bijvoorbeeld worden gebruikt in het instrumenten paneel om instrumenten te verwijderen die je eerder aan de partituur hebt toegevoegd.
Navigeren door de partituur
Navigatie binnen de partituur (d.w.z. binnen de "notatieweergave") is vrijwel hetzelfde als in MuseScore 3. Hier zijn de snelkoppelingen die van bijzonder belang zijn voor gebruikers van toegankelijkheid opties:
Sneltoets | Actie |
---|---|
Alt+Rechts en Alt+Links | Ga naar het volgende of vorige element. Met deze sneltoetsen kun je allerlei notatie-elementen bereiken, niet alleen noten en rusten. |
Alt+Omhoog en Alt+Omlaag | Ga naar de noot erboven of eronder. Deze sneltoetsen stellen je in staat om tussen individuele noten in een akkoord te verplaatsen en ook om noten en rusten in andere stemmen en in andere notenbalken te bereiken. |
F2 of Alt+Shift+E | Bewerk geselecteerd element. Dit is het toetsenbordequivalent van dubbelklikken op een element met de muis. Hiermee kun je tekstobjecten bewerken, inclusief liedteksten, dynamiek en tempomarkeringen. Het stelt je ook in staat om de lengte van lijnelementen aan te passen, zoals crescendo tekens, bogen en volta's (gebruik de Tab-toets om te veranderen welk uiteinde van de lijn je aan het aanpassen bent). Wanneer je klaar bent met bewerken, druk je op Esc om terug te keren naar de normale modus. |
Andere aspecten van toetsenbordnavigatie worden beschreven op verschillende pagina's in dit handboek.
Video zelfstudies
De volgende toegankelijkheidszelfstudies zijn ontworpen om je aan de slag te helpen met MuseScore, met behulp van je toetsenbord en schermlezer. Ze behandelen niet elk aspect van het programma maar ze zouden je een solide basis moeten geven waarmee je ten volle kunt profiteren van de rest van dit handboek.
Video | Beschrijving |
---|---|
MuseScore installeren | Deze Engelstalige video behandelt de installatie van MuseScore op Windows, inclusief Muse Hub en Muse Sounds. Het proces is vergelijkbaar op macOS en Linux, hoewel je op Linux Muse Hub en MuseScore afzonderlijk moet installeren. |
Partituur opzetten | Deze Engelstalige video behandelt de eerste instellingen van je partituur, inclusief het kiezen van instrumenten en het selecteren van de toonsoort en maatsoort en andere instellingen. |
Muziek invoeren | Deze Engelstalige video behandelt de basisinvoer van noten. |
Markeringen toevoegen | Deze Engelstalige video behandelt het toevoegen van markeringen zoals dynamiek aan je partituur door de paletten te gebruiken. |
De gebruikersinterface | Deze Engelstalige video loopt door het hoofdvenster van het programma, zodat je begrijpt waar alle verschillende panelen, werkbalken en bedieningselementen zijn en hoe je ze kunt bereiken via het toetsenbord. |