Met Album-beheer kun je een lijst maken van meerdere partituren en deze opslaan als een album bestand ("*.album"), je kunt alle partituren met één afdruktaak afdrukken met consistente pagina nummers of zelfs de partituren samenvoegen in een enkele partituur. Dit is ideaal bij het maken van een lesboek of voor het combineren van meerdere delen van een muziekstuk.
Om Album-beheer te openen ga je naar Bestand → Album…
Om een nieuw album te maken klik je op knop Nieuw. Vul de titel voor het album in bij "Albumnaam" dat bovenaan staat.
Om de partituren toe te voegen aan het album klik je op Voeg partituur toe. Een bestand selectie dialoog komt nu te voorschijn en je kunt één of meerdere partituren vanuit je bestandssysteem kiezen. Klik vervolgens op Openen.
De partituren worden weergegeven in een lijst in Album-beheer. Je kunt de volgorde veranderen door de partituur te selecteren in de lijst en dan gebruik te maken van de Omhoog of Omlaag knop.
Indien je reeds eerder een album hebt aangemaakt dan kun je deze openen via Album-beheer door te klikken op de Laad knop. Een bestand selectie dialoog wordt getoond waarmee je het .album bestand kunt selecteren vanuit je bestandssysteem.
Om een album af te drukken alsof het één document is klik je op Druk album af. De partituren die geladen zijn in Album-beheer worden afgedrukt in de volgorde zoals ze in de lijst staan met de juiste pagina nummers, hierbij wordt de pagina nummer aanpassing zoals ingesteld in Opmaak → Pagina-instellingen... → Nummer van eerste pagina voor alle partituren genegeerd behalve voor de eerste. Omdat het album wordt afgedrukt in één afdruktaak werkt ook het dubbelzijdig afdrukken zoals verwacht.
Om meerdere partituren samen te voegen in een enkel .mscz bestand klik je op Voeg partituren samen. De partituren worden in de gekozen volgorde samengevoegd tot één partituur. Een regelafbreking en sectie-einde wordt toegevoegd een de laatste maat of kader van een partituur in het samengevoegde bestand.
Alle partituren moeten het zelfde aantal partijen en notenbalken hebben om dit correct te laten werken, bij voorkeur met dezelfde instrumenten in dezelfde volgorde. Indien de partituren hetzelfde aantal instrumenten heeft maar niet dezelfde of niet in dezelfde volgorde, dan worden de instrument namen van de eerste partituur gebruikt om deze in de overige partituren te overschrijven. Indien sommige partijen minder instrumenten hebben dan de eerste partituur dan worden er lege systemen toegevoegd aan deze partijen. Iedere partij of notenbalk die niet beschikbaar is in de eerste partituur gaat verloren bij het samenvoegen.
Bij het klikken op de Sluiten knop wordt je gevraagd om het album als een .album bestand op te slaan. Dit bestand is niet hetzelfde als een samengevoegd bestand. Het bestaat enkel uit een lijst van partituren in gewenste volgorde. Album bestanden kunnen worden geladen met Album-beheer zoals eerder beschreven.
Basso continuo is een geïmproviseerd en aanvullend spel inclusief basis van de harmonie en de uitgeschreven baslijn. Harmonieën worden weergegeven door middel van een cijfersysteem onder de basnoten. Dit wordt ook wel becijferde bas genoemd.
Met de Spatie gaat de bewerker verder naar de volgende noot of rust in de notenbalk waaraan de basso continuo tekst wordt toegevoegd. Om naar een plaatst hier tussen te gaan of om de duur van de basso continuo groep te verlengen, zie hier Groep lengte.
Tab verplaatst de bewerkingsrechthoek naar het begin van de volgende maat.
Shift+Spatie verplaatst de bewerkingsrechthoek naar de vorige noot of rust in de notenbalk.
Shift+Tab verplaatst de bewerkingsrechthoek naar het begin van de vorige maat.
Getallen worden direct ingevoerd. Een groep van getallen boven elkaar gestapeld worden ook als enkele tekst ingevoerd en met Enter op elkaar gestapeld:
Voortekens kunnen worden ingevoerd met de toetsen:
Invoeren: | Type: |
---|---|
dubbele mol | bb |
mol | b |
hersteld | h |
kruis | # |
dubbel kruis | ## |
Deze karakters worden automatisch omgezet in de juiste tekens zodra je de bewerker verlaat. Voortekens kunnen voor of na een getal (en natuurlijk, in plaats van een getal, voor een aangepast terts), in overeenstemming met de gewenste stijl. Beide stijlen worden netjes uitgelijnd met het voorteken 'hangend' aan de linker- of rechterzijde.
Gestreepte getallen of getallen met een kruis kunnen worden ingevoerd door het toevoegen van een \, / of + na het getal (gecombineerde toevoegingen). De juiste gecombineerde vorm wordt vervangen bij het verlaten van de bewerker:
Het ingebouwde lettertype kan overweg met de equivalente combinaties, waarbij de meest gebruikelijk vervangen wordt toegepast:
1+, 2+, 3+, 4+ wordt (of )
en 5\, 6\, 7\, 8\, 9\ wordt (of )
Onthoud dat een / alleen gecombineerd kan worden met een 5, andere 'gestreepte' figuren worden weergegeven met een vraagteken.
+ kan ook worden gebruikt voor een getal. In dit geval wordt het niet gecombineerd maar wordt het netjes uitgelijnd ('+' hangt aan de linkerzijde).
Haakjes om te openen en om te sluiten, zowel ronde '(', ')' als rechte '[', ']' kunnen worden ingevoegd voor en na de voortekens, voor en na een getal en voor en na een voortzettingslijn. De toegevoegde haakjes zullen de juiste uitlijnen van het hoofd karakter niet verstoren.
Opmerkingen:
Voortzettingslijnen worden ingevoerd door het toevoegen van een '_' (liggend streepje) aan het eind van de lijn. Ieder getal in een groep kan zijn eigen voortzettingslijn hebben:
Voortzettingslijnen worden getekend voor de gehele duur van de basso continuo groep (maar gaan niet verder in de volgende systemen, hetzelfde als bij liedtekst voorzettingslijnen).
'Verlengde' voortzettingslijnen
In sommige gevallen is het nodig dat een voortzettingslijn wordt verbonden met een voortzettingslijn in een volgende groep, wanneer een deel van een akkoord bewaard moet blijven over de twee groepen. Een voorbeeld (beide door J. Boismortier, Pièces de viole, op. 31, Paris 1730):
In het eerste geval heeft iedere groep zijn eigen voorzettingslijn, in het tweede geval zijn de voorzettingslijnen van de eerste groep door gezet in de tweede groep.
Dit kan worden bereikt door het invoeren van meerdere (twee of meer) liggende streepjes "__" aan het eind van de tekst regel van de eerste groep.
Iedere basso continuo groep heeft een bepaalde duur welke wordt aangegeven met een licht grijze lijn boven de groep. Deze lijn is natuurlijk alleen ter informatie en wordt niet afgedrukt of geëxporteerd naar PDF.
In beginsel heeft een groep dezelfde duur als de noot waar deze aan gekoppeld is. Een afwijkende duur kan nodig zijn voor verschillende groepen onder een enkele noot of om een groep te verlengen over een aantal noten heen.
Om dit te bereiken kunnen de volgende toets combinaties worden gebruikt, waarbij iedere combinatie
Het herhaaldelijk indrukken van deze combinaties zonder dat daar bij basso continuo tekst wordt ingevoerd verlengt de duur van de vorige groep.
Type: | Je krijgt: |
---|---|
Ctrl+1 | 1/64 |
Ctrl+2 | 1/32 |
Ctrl+3 | 1/16 |
Ctrl+4 | 1/8 Ctrl+5 | 1/4 |
Ctrl+6 | halve noot Ctrl+7 | hele noot Ctrl+8 | 2 hele noten |
(De getallen zijn dezelfde als die worden gebruikt bij het instellen van de duur van de noten)
Het exact instellen van de duur van de basso continuo groep is alleen in twee gevallen verplicht:
Echter het is een goed gebruik om altijd de duur van de gewenste waarde in te stellen voor het mogelijk gebruik van plug-ins en MusicXML.
Om een basso continuo figuur te bewerken dat reeds is ingevoerd kun je het volgende doen:
De gebruikelijke tekst bewerkingsrechthoek komt dan te voorschijn en de tekst wordt omgezet in normale tekens (('b', '#' en 'h' voor de voortekens, gescheiden combinatie vormen, liggende streepkes, etc.) om het bewerken te vereenvoudigen.
Zodra je klaar bent druk je op Spatie om naar de volgende noot te gaan of klik je buiten de tekstbewerkingsrechthoek, net zoals bij het maken van nieuwe symbolen.
Met het Stijl → Algemeen... menu commando kan de configuratie van de basso continuo symbolen worden ingesteld. Kies "Basso continuo" in de lijst aan de linkerzijde om het volgende dialoog zichtbaar te maken:
Het Lettertype bevat alle lettertype die beschikbaar zijn voor de basso continuo symbolen. Een standaard installatie bevat alleen het lettertype "MuseScore Figured Bass". Dit is ook het standaard lettertype.
De Grootte is de grootte van het lettertype (in punten). Dit is gekoppeld aan de notenbalkafstand ruimte. Voor de standaard spatie wordt de ingevoerde waarde gebruikt. Voor hogere of lagere spatie waarden wordt de grootte proportioneel vergroot of verkleind.
Verticale positie is de afstand (in spaties) van de bovenkant van de notenbalk tot aan de bovenmarge van de basso continuo tekst. Negatieve waarde gaan omhoog (basso continuo tekst boven de notenbalk) en positieve waar gaan omlaag (basso continuo tekst onder de notenbalk, een waarde groter dan 4 is nodig om 'over' de notenbalk heen te stappen).
Regelhoogte is de afstand tussen de basis lijn van iedere basso continuo regel, het is uitgedrukt in een percentage van de lettertype grootte.
De volgende afbeelding laat ieder parameter zien:
De Bovenaan / Beneden keuze rondjes bepalen de verticale uitlijning. Met Bovenaan wordt de bovenste lijn van iedere groep uitgelijnd met de verticale hoofd positie en de groep 'hangt' daar aan (dit is de normaal gebruikt notatie voor basso en is ook de standaard). Met Beneden wordt de onderste lijn van iedere groep uitgelijnd met de verticale hoofd positie en de groep 'zit' hier op (dit wordt weleens gebruikt bij sommige harmonische analyse notaties):
De Modern / Historisch keuze rondjes selecteren de typografische stijl van de gecombineerde vormen. Het verschil tussen de twee stijlen is hieronder zichtbaar:
Om de relevante vervangen en combinatie van vormen te laten plaats vinden en voor het juist uitlijnen verwacht het basso continuo element dat de tekst wordt ingevoerd aan de hand van een aantal regels (die in ieder geval de regels zijn voor een syntactisch juiste basso continuo indicatie):
Als de ingevoerde tekst niet voldoet aan deze regels, dan wordt hij niet verwerkt. Het wordt opgeslagen en weergegeven zoals het is, zonder enige opmaak.
Type: | Je krijgt: |
---|---|
Ctrl+G | Voegt een nieuwe basso continuo groep toe aan de geselecteerde noot. |
Spatie | Gaat verder naar de volgende noot. |
Shift+Spatie | Gaat terug naar de vorige noot. |
Tab | Gaat naar de volgende maat. |
Shift+Tab | Gaat naar de vorige maat. |
Ctrl+1 | Gaat 1/64 vooruit, stelt de duur van de vorige groep in. |
Ctrl+2 | Gaat1/32 vooruit, stelt de duur van de vorige groep in. |
Ctrl+3 | Gaat 1/16 vooruit, stelt de duur van de vorige groep in. |
Ctrl+4 | Gaat 1/8 vooruit, stelt de duur van de vorige groep in. |
Ctrl+5 | Gaat 1/4 vooruit, stelt de duur van de vorige groep in. |
Ctrl+6 | Gaat een halve noot vooruit, stelt de duur van de vorige groep in. |
Ctrl+7 | Gaat een hele noot vooruit, stelt de duur van de vorige groep in. |
Ctrl+8 | Gaat twee hele noten vooruit, stelt de duur van de vorige groep in. |
Ctrl+Spatie | Voert een spatie in, handig wanneer de basso op de tweede lijn staat (bv. 5 4 -> 3). |
B B | Voert een dubbele mol in. |
B | Voert een mol in. |
H | Voert een herstellingsteken in. |
# | Voert een kruis in. |
# # | Voert een dubbel kruis in. |
_ | Voert een voortzettingslijn in. |
_ _ | Verlengt een voortzettingslijn. |
MuseScore ondersteunt een breed scala aan bestandsformaten waardoor je de partituren kunt delen en publiceren in het formaat dat het beste aan de behoeften voldoet.
Je kunt bestanden importeren via Bestand → Open... en exporteren via Bestand → Exporteer....
Aanvullend op de formaten hieronder beschreven, kunt je de partituren opslaan en delen op de website: MuseScore.com via Bestand → Sla online op.... (Zie Partituren online delen).
Dit zijn de formaten die gebruikt worden in het dialoogvenster als je kiest voor:
Bestand → Sla op en Bestand → Sla op als...
of als je de knop gebruikt of de Sneltoets (Ctrl+S)
*.mscz
)MSCZ is het standaard MuseScore bestandsformaat en is aanbevolen voor de meeste toepassingen.
Een partituur opgeslagen in deze indeling neemt maar weinig schijfruimte in beslag met behoud van de noodzakelijke informatie.
Deze indeling is een ZIP-gecomprimeerde versie van .mscx
bestanden en bevat alle afbeeldingen.
*.mscx
)MSCX is de ongecomprimeerde versie van het MuseScore bestandsformaat.
Een partituur opgeslagen in deze indeling behoudt alle informatie behalve afbeeldingen.
Deze indeling wordt aanbevolen voor het handmatig kunnen bewerken (met behulp van een teksteditor) van het bestands.
Vorige versies van MuseScore gebruikten de extensie *.msc
Deze kwam echter in conflict met een bestandsextensie van Microsoft Windows en werd door sommige email providers geblokkeerd. Het is daarom vervangen door de nieuwere MSCX bestandsextensie.
De MSCZ en MSCX formaten van MuseScore 2.0 kunnen niet gelezen worden door MuseScore 1.3 of ouder. Gebruik hiervoor →XML of →MXL
Opmerking in verband met lettertypen: MuseScore slaat de lettertypes niet op in het bestand, behalve de FreeSerif, FreeSerifBold, FreeSerifItalic, FreeSerifBoldItalic en FreeSans families.
Als je een MuseScore bestand wilt delen, kies dan één van de genoemde lettertypes of een lettertype dat bij de andere personen eveneens geïnstalleerd is. Als een systeem een bepaald lettertype niet bezit dan wordt teruggevallen op een vervangend lettertype , maar dat kan het uiterlijk van de partituur beschadigen.
*.mscz,
of *.mscx,
)Back-up bestanden worden automatisch gecreëerd en opgeslagen in dezelfde map als het gewone bestand.
Dezelfde naam als het gewone bestand, wordt voorafgegaan door een punt (.
) en eindigt met een komma (,
). Bijvoorbeeld: het gewone bestand heeft de naam "Titel.mscz
", het backup bestand zal de naam ".Titel.mscz,
" krijgen.
De back-up kopie bevat de laatst opgeslagen versie van het MuseScore bestand en kan belangrijk zijn als het originele bestand corrupt is (geworden) of als je zoekt naar een eerdere versie van het bestand.
Om een MuseScore back-up bestand te openen, moet je de punt vooraan en de komma achteraan in de naam verwijderen. Omdat het in dezelfde map is opgeslagen als het origineel, kan het zijn dat je de naam moet aanpassen, bijvoorbeeld "Titel-backup1.mscz
"
Om de MuseScore back-up bestanden te kunnen zien op het scherm moet je waarschijnlijk de systeem-instellingen aanpassen: "Toon verborgen bestanden"
Zie ook Hoe een back-up bestand terugzetten? (MuseScore 2.x).
*.pdf
)Portable Document Format (PDF) is ideaal om de muziek te delen met anderen die niets aan de inhoud hoeven te wijzigen. De meeste gebruikers hebben een "PDF lezer" op hun computer. Het is dus niet nodig om extra software te installeren om een PDF-document te kunnen lezen.
*.png
)Portable Network Graphics (PNG) is een bitmap-afbeelding formaat, het wordt goed ondersteund door de software op Windows, Mac OS en Linux.
Dit formaat van afbeeldingen is populair op het web.
Als de partituur meer dan een pagina bevat, wordt een bestand gemaakt voor elke pagina.
MuseScore maakt afbeeldingen zoals ze worden afgedrukt.
Om de resolutie in te stellen en eventueel te kiezen voor een Transparante achtergrond, kies: Bewerken → Voorkeuren... de tab: exporteer. (Mac: MuseScore → Voorkeuren...)
Als je afbeeldingen wilt maken van onderdelen van de partituur (met of zonder de niet-afdrukbare objecten, zoals kaders, onzichtbare noten en de kleur van de noten, buiten het bereik van het instrument), zie: Afbeelding maken
*.svg
)Scalable Vector Graphics (SVG) kan geopend worden door de meeste browsers (behalve Internet Explorer, ouder dan versie 9) en de meeste vector-gebaseerde grafische software.
De meeste SVG software ondersteunt evenwel geen opgeslagen lettertypen met als gevolg dat, voor een correcte weergave, de gebruikte MuseScore lettertypen eerst moeten worden geïnstalleerd .
*.wav
)WAV (Waveform Audio Format) is een ongecomprimeerd geluid formaat.
Het werd ontwikkeld door Microsoft en IBM en wordt breed ondersteund voor Windows, Mac OS en Linux.
Het is een ideaal formaat om te gebruiken bij het maken van cd's waarbij de geluidskwaliteit behouden blijft. Echter, deze grote bestanden maken het moeilijk om te delen via e-mail of het web.
*.flac
)Free Lossless Audio Codec (FLAC) is een gecomprimeerd geluid formaat.
FLAC-bestanden zijn maar ongeveer half zo groot met vergelijkbare kwaliteit. Windows en Mac OS hebben geen ingebouwde ondersteuning voor FLAC, maar software zoals VLC media player kan FLAC bestanden lezen op de deze besturingssystemen.
*.ogg
)Ogg Vorbis is bedoeld als een patent-vrije vervanging voor het populaire MP3 audio-formaat. Net zoals MP3 bestanden, zijn Ogg Vorbis bestanden relatief klein (soms maar 10% van de ongecomprimeerde audio) maar enige geluidskwaliteit gaat verloren.
Windows en Mac OS hebben geen ingebouwde ondersteuning voor Ogg Vorbis, maar software zoals VLC media player enFirefox kunnen Ogg bestanden lezen op deze besturingssystemen.
*.mp3
)MP3 bestanden zijn relatief klein (soms maar 10% van de ongecomprimeerde audio), maar een deel van de kwaliteit gaat verloren.
Om MP3 bestanden te kunnen maken moet een bibliotheek op de computer worden geïnstalleerd: lame_enc.dll (Windows) of libmp3lame.dylib (Mac). MuseScore zal je naar de locatie van deze bibliotheken vragen. Op deze website kun je ze vinden: http://lame.buanzo.org/.
Sommige Mac-gebruikers krijgen een foutmelding bij het laden van de MP3 bibliotheken.
Dit probleem kan worden veroorzaakt doordat je een "32-bit bibliotheek" gebruikt. Een "64-bit bibliotheek" die kan samenwerken met MuseScore is beschikbaar op: http://www.thalictrum.com/en/products/lame.html (het is noodzakelijk om het bestand te hernoemen naar: libmp3lame.dylib zodat MuseScore het kan herkennen).
*.xml
)MusicXML is de universele standaard voor bladmuziek.
Dit is het aanbevolen formaat om bladmuziek te delen tussen uiteenlopende software, met inbegrip van Sibelius, Finale, en meer dan vele andere.
*.mxl
)Gecomprimeerde MusicXML maakt kleinere bestanden dan de gewone MusicXML.
Het is een recentere standaard en wordt niet altijd ondersteund door andere software.
*.mid
, *.midi
, *.kar
)Musical Instrument Digital Interface (MIDI) is een formaat dat ruim ondersteund wordt door "sequencers" en muziek notatie software.
MIDI-bestanden zijn gemaakt voor afspeel doeleinden en bevatten geen informatie over formatteren, voortekens, stemmen, versieringen, articulaties, herhalingen en andere zaken zoals deze.
Om bestanden tussen verschillende muziek notatie software te delen, is het eerder aanbevolen om MusicXML te gebruiken. Bent je alleen geïnteresseerd in afspelen, gebruik dan MIDI.
*.md
) (Alleen importeren)MuseData is een formaat ontwikkeld door Walter B. Hewlett. Hij begint in 1983 aan de voorbode van het delen onder verschillende muziek notatie software.
Het is sindsdien overschaduwd door MusicXML, maar enkele duizenden partituren in dit formaat zijn nog steeds online beschikbaar.
*.cap
, *.capx
) (Alleen importeren)CAP en CAPX bestanden zijn gemaakt door het muziek notatieprogramma, "Capella".
MuseScore importeert versie 2000 (3.0) of later vrij nauwkeurig (2.x werkt niet en het *.all
formaat van de versie 1.x wordt helemaal niet ondersteund.
*.bww
) (Alleen importeren)BWW bestanden worden aangemaakt met specifieke muziek notatie software, "Bagpipe Music Writer".
*.mgu
, *.sgu
) (Alleen importeren)BB bestanden worden gemaakt door de muziek software, "Band-in-a-Box".
De ondersteuning van MuseScore zit momenteel nog in een experimentele fase.
*.ove
) (Alleen importeren)OVE bestanden worden gemaakt door de muziek software "Overture".
Dit formaat is voornamelijk populair in Chinees-talige gebieden zoals China, Hong Kong en Taiwan.
De ondersteuning van MuseScore zit momenteel nog in een experimentele fase.
*.GTP
, *.GP3
, *.GP4
, *.GP5
, *.GPX
) (Alleen importeren)Als voorbeeld gaan we een F akkoord maken, stel eerst deze configuratie in door te klikken op de gewenste plaatsen (zorg ook dat het aantal snaren op 6 staat ingesteld onderaan in het venster)
Druk op de Shift en dan klik op de eerste fret van de 6e snaar zoals hier te zien is:
Eerste resultaat:
Uiteindelijk resultaat in de partituur voor het F akkoord:
Je kunt de dikte van de barrélijn naar wens instellen door te gaan naar Stijl → Algemeen... → Akkoordsymbolen, fretborddiagrammen → Barrélijndikte.
Merk op dat het principe is hetzelfde als je een vier snaren barré (of andere) wilt hebben. In het geval van een A7 akkoord: Druk op Shift en klik dan op de 4e snaar, tweede fret. Dit resulteert in:
In klassieke en vingerstijl gitaar muziek is het gebruikelijk dat de noten in verschillende stemmen die op dezelfde tel vallen de nootkop delen. MuseScore staat het delen van nootkoppen standaard toe indien beide of geen van beide noten een kwartnoot of korter is en indien beide of geen van beide gepunteerd is—er is dan geen verdere aanpassen nodig:
In de gevallen dat één van de noten en de ander niet gepunteerd is en/of langer is dan een kwartnoot (bv. gepunteerde achtste noot, gepunteerde kwartnoot, halve noot, gepunteerde halve noot, etc), dan verschuift MuseScore de twee noten:
Dit verschuiven kan eenvoudig worden voorkomen door de kleinste-waarde nootkop onzichtbaar te maken door deze te selecteren en dan de toetsenbord snelkoppeling V te gebruiken of door de "Zichtbaar" optie in het Instellingenoverzicht uit te zetten of door het nootkop type gelijk te maken aan die van de langste noot (in het "Noot" gedeelte van het Instellingenoverzicht wijzig "Koptype" van "Auto" in "Halve").
Gedeelde nootkoppen in een gewone notenbalk worden omgezet naar twee gescheiden noten in een gekoppelde tablatuur notenbalk. Om dit te corrigeren verberg je één van de noten in de tablatuur notenbalk met de toetsenbord snelkoppeling V of met de "Zichtbaar" optie in het Instellingenoverzicht.
Er zijn een aantal gereedschappen ontwikkelt. Deze kunnen worden gevonden in het menu Bewerken → Gereedschappen
Dit gereedschap voegt automatisch regelafbrekingen toe of verwijdert deze:
Dit commando werkt op een selectie van maten of, indien er geen maten zijn geselecteerd, op de gehele partituur.
Bewerken → Gereedschappen → Voeg toe/verwijderen regelafbrekingen
Druk op OK om het commando uit te voeren.
Met deze commando's kun je de inhoud van een notenbalk met een serie van akkoord omzetten in individuele melodie lijnen op verschillende notenbalken of kun je meerdere notenbalken die individuele melodie lijnen bevatten samenvoegen tot een serie van akkoord in een enkele notenbalk.
Selecteer een bereik. De bovenste (of enige) notenbalk, hier genoemd de "bron notenbalk" dat de akkoorden bevat met meerdere noten. Voer nu Bewerken → Gereedschappen → Verdeel uit. De bovenste noot van ieder akkoord in de bron notenbalk blijft waar deze is en de andere stemmen worden verdeeld over de notenbalken onder de bron notenbalk, één noot per notenbalk.
Indien je selectie uit één enkele notenbalk bestaat, dan zal MuseScore zoveel notenbalken toevoegen als het nodig heeft voor het grootste akkoord. Als voorbeeld, indien het grootste akkoord uit vier noten bestaat, dan zal het verdelen vier notenbalken gebruiken. De bron notenbalk plus drie notenbalken eronder.
Echter, indien je selectie uit meerdere notenbalken bestaat, dan wordt de selectie zelf beschouwt als het bestemmingsgebied en de bovenste notenbalk wordt hierbij beschouwt als de bron notenbalk. MuseScore zal de laagste noot/noten negeren van ieder akkoord dat meer noten bevat dan het aantal notenbalken dat is in de selectie zit.
In beide gevallen zullen, als een akkoord minder noten bevat dan het aantal bestemmingsnotenbalken, de noten, waar nodig, worden gedupliceerd zodat iedere notenbalk een noot bevat.
Opmerking: indien het geselecteerde bereik een deel van een maat bevat, dan wordt deze stil verlengt tot de dichtstbijzijnde maat in beide richtingen. Het is momenteel niet mogelijk om een deel van een maat te verdelen.
Selecteer een bereik van maten over meerdere notenbalken die een gelijksoortig ritme bevat en voer dan Bewerken → Gereedschappen → Voeg samen uit. MuseScore zal de inhoud van de notenbalken samenvoegen in akkoorden in de bovenste notenbalk - het tegenovergestelde van verdelen. Er is een speciaal geval waarbij MuseScore, indien je een enkele notenbalk selecteert, in essentie hetzelfde doet maar dan wordt de inhoud van meerdere stemmen in die notenbalk omgezet naar akkoorden in stem één.
Dit commando vult de selectie met schuine strepen, één per tel. Voor iedere maat (of deel daarvan) in de selectie worden de schuine strepen toegevoegd aan de eerste lege stem die beschikbaar is. Indien alle vier de stemmen noten bevatten in een maat, dan wordt stem één gevuld met schuine strepen waarbij de bestaande noten worden overschreven. In stem één en twee worden de schuine strepen gecentreerd op de middelste lijn van de notenbalk. In stem drie en vier worden ze klein en boven of onder de notenbalk geplaatst. Alle schuine strepen zijn ingesteld om niet te transponeren of af te spelen.
Dit commando schakelt de geselecteerde noten om tussen normale noten en de ritmische schuine streep-notatie. Noten met schuine streep koppen, ingesteld om niet te transponeren of af te spelen. De noten in stem één en twee worden gefixeerd op de middelste lijn van de notenbalk.
De noten in stem drie en vier worden gefixeerd boven of onder de notenbalk en zijn ook klein gemarkeerd (ook bekent als "accent" notatie). Je kunt hierbij handig gebruik maken van het selectie filter om de stemmen één en twee uit te sluiten van je selectie voordat je dit commando uitvoert, zodat alleen de noten in de stemmen drie en vier worden veranderd.
In een percussie notenbalken worden de noten in stem drie en vier niet omgezet in kleine schuine strepen maar worden dit kleine noten boven of onder de notenbalk.
Dit commando herbepaalt de repetitietekens in het geselecteerde bereik:
MuseScore detecteert automatisch de reeks gebasseerd op het eerste repetitieteken in de selectie - alle markeringen in de selectie worden dan hierop aangepast.
De reeks kan zijn:
Het Hoofdpalet geeft je toegang tot alle mogelijk elementen die kunnen worden toegevoegd aan eigen paletten en, in het geval van Maatsoorten en Toonsoorten, kun je je eigen elementen maken.
Ga naar Weergave → Hoofdpalet of gebruik de snelkoppeling Shift+F9 (Mac: fn+Shift+F9).
Ga met de muis over een element en er wordt een tool tip weergegeven (een korte definitie in zwart op een gele achtergrond).
De Symbolen sectie is een uitgebreide collectie van honderen muziek symbolen en andere tekst naast die reeds gevonden kunnen worden in de standaard paletten. Je kunt door de collectie heen scrollen of zoeken naar een symbool door het invoeren van een (engelse) tekst in het zoek veld.
De beschikbare symbolen worden weergegeven voor de verschillende lettertype. Gebruik de Lettertype keuze lijst rechts onderaan in het venster om het gewenste lettertype te selecteren: Emmentaler, Gonville of Bravura.
Symbolen kunnen worden gebruikt door ze naar de partituur te slepen of door eerst een noot of rust te selecteren en dan te dubbelklikken op het symbool. De positie kan worden aangepast door het symbool te verslepen of door de horizontale/verticale correctie instelling aan te passen in het Instellingenoverzicht. De kleur en zichtbaarheid kan ook in het instellingenoverzicht worden aangepast.
MIDI import kan worden aangepast via het MIDI importeerpaneel dat verschijnt zodra .mid/.midi/.kar bestanden worden geopend in MuseScore. Met dit paneel krijg je meer controle over hoe de verschillende tracks moeten worden verwerkt en kunnen hier bewerkingen op worden uitgevoerd (zoals kwantisatie, punt/boog gebruik, etc.). De "Pas toe" knop (bovenaan) past de eventuele wijzigingen direct toe. De "Annuleer" knop annuleert de nog niet opgeslagen wijzigingen.
Gebruik Shift+scrollwiel of Ctrl+scrollwiel om horizontaal te scrollen door de track opties; scrol verticaal zonder deze toetsen te gebruiken.
Het resultaat zal een partituur op leveren van betere kwaliteit van het bestand.
Het MIDI importeerpaneel laat een lijst met tracks zien (alleen tracks met noten worden weergegeven) en de beschikbare opties voor iedere track.
Indien er meerdere tracks zijn, dan wordt er een extra track toegevoegd bovenaan de lijst om alle tracks in één keer te kunnen selecteren.
In het paneel kun je de track selecteren die je wilt importeren en de volgorde aanpassen. Ook wordt hier de algemene informatie weergegeven (geluid, notenbalknaam, en liedtekst - indien beschikbaar). De aanwezigheid van de liedtekst kolom wijst erop dat het bestand een liedtekst track bevat - deze is toewijsbaar aan verschillende tracks middels de beschikbare lijst door hierop te klikken.
Bewerkingen (aan de rechterkant) zijn beschikbaar als een paar: "naam" - "waarde". Iedere waarde kan worden aangepast en er kan op worden geklikt. Het kan een combo of checkbox (lijst met beschikbare keuzes) zijn. De beschikbare opties kunnen van track tot track verschillen, afhankelijk van het type track (gestemd of drum track).
Het MIDI importeerpaneel werkt de relevante informatie bij van het bestand dat wordt bekeken, indien je er meer dan één open hebt staan. Als het MIDI importeerpaneel niet langer nodig is, dan kan het worden gesloten door op de sluit knop te klikken in de hoek links boven. Het paneel kan weer zichtbaar worden gemaakt door op de knop "Laat MIDI-importeerpaneel zien" te klikken die te voorschijn komt zodra het paneel is gesloten.
Kwantificeert MIDI noten volgens een vast raster. De MAX resolutie voor het raster kan worden ingesteld via de beschikbare lijst:
importmidi_clef.cpp
). Deze optie is alleen beschikbaar voor niet-drum tracks.From version 2.1, you can enter notation using one of several new note input modes—in addition to the pre-existing Step-time and Re-pitch modes. These are accessed by clicking a small dropdown arrow next to the note entry button on the note input toolbar.
This is the method of note entry that MuseScore has had from the beginning. You enter notes in Step-time mode by choosing a duration using the mouse or keyboard, and then choosing a pitch using the mouse, keyboard, MIDI keyboard or virtual piano.
For details see Basic note entry.
Re-pitch mode allows you to correct the pitches of a sequence of notes while leaving their durations unchanged (not to be confused with Accidental: Respell pitches).
You can also use the Re-pitch function to create a new passage from an existing one of the same sequence of durations—by copying and pasting the latter, then applying Re-pitch.
Rhythm mode allows you to enter durations with a single keypress. Combining Rhythm and Re-pitch modes makes for a very efficient method of note entry.
The Real-time modes basically allow you to perform the piece on a MIDI keyboard (or MuseScore's virtual piano keyboard) and have the notation added for you. However, you should be aware of the following limitations which currently apply:
However, these restrictions mean that MuseScore has very little guessing to do when working out how your input should be notated, which helps to keep the Real-time modes accurate.
In the automatic version of Real-time input, you play at a fixed tempo indicated by a metronome click. You can adjust the tempo by changing the delay between clicks from the menu: Edit → Preferences... → Note Input (Mac: MuseScore → Preferences... → Note Input).
The score stops advancing as soon as you release the key. If you want the score to continue advancing (e.g. to allow you to enter rests) then you can use the Real-time Advance shortcut to start the metronome.
In the manual version of Real-time input, you have to indicate your input tempo by tapping on a key or pedal, but you can play at any speed you like and it doesn't have to be constant. The default key for setting the tempo (called "Real-time Advance") is Enter on the numeric keypad (Mac: fn+Return), but it is highly recommended that you change this to a MIDI key or MIDI pedal (see below).
The Real-time Advance shortcut is used to tap beats in manual Real-time mode, or to start the metronome clicks in automatic Real-time mode. It is called "Real-time Advance" because it causes the input position to more forward, or "advance", through the score.
The default key for Real-time Advance is Enter on the numeric keypad (Mac: fn+Return), but it is highly recommended that you assign this to a MIDI key or MIDI pedal via MuseScore's MIDI remote control. The MIDI remote control is available from the menu: Edit → Preferences... → Note Input (Mac: MuseScore → Preferences... → Note Input).
Alternatively, if you have a USB footswitch or computer pedal which can simulate keyboard keys, you could set it to simulate Enter on the numeric keypad.
Iedere instrument notenbalk in MuseScore heeft een aantal eigenschappen die kunnen worden aangepast. Iedere notenbalk behoort in één van deze drie groepen:
Een aantal eigenschappen zijn afhankelijk van de groep waar toe de notenbalk behoort. Met het Bewerk notenbalk-/partij-eigenschappen dialoog kun je de eigenschappen van de groep specifieke notenbalk zien en bewerken.
De notenbalk groep waartoe een notenbalk behoort is afhankelijk van het instrument. Iedere notenbalk kan een standaard notenbalk zijn maar alleen een notenbalk voor een percussie instrument kan een percussie notenbalk zijn (of worden) en alleen notenbalken van snaar instrumenten kunnen tablatuur notenbalken zijn (of worden).
Iedere partituur wordt initieel gemaakt met 17 voorgedefinieerde "sjablonen" (niet te verwarren met Sjablonen), één standaard, drie percussie en 13 tablatuur templates. Ieder sjabloon is bedoeld voor een specifiek gebruik dat algemeen of standaard genoeg is om er een sjabloon voor te maken. Ieder sjabloon kan worden aangepast (onafhankelijk voor iedere notenbalk in de partituur) en nieuwe sjablonen kunnen worden aangemaakt voor speciale wensen.
Het Bewerk notenbalk-/partij-eigenschappen dialoog kan worden geopend door met rechts te klikken op de naam van het instrument of op een leeg gedeelte in de notenbalk en dan te kiezen voor Notenbalk-eigenschappen...
Er zijn verschillende opties beschikbaar afhankelijk van de groep van de geselecteerde notenbalk: standaard, tablatuur of percussie. Een aantal opties zijn gemeenschappelijk voor alle notenbalken:
Door te klikken op de knop Geavanceerde stijl-eigenschappen... wordt een nieuw dialoog geopend met geavanceerde opties. Voor een standaard notenbalk ziet dit er als volgt uit:
Voor een percussie notenbalk ziet het er uit zoals dit:
En voor een tablatuur notenbalk ziet het er uit zoals dit:
en dit:
Er zijn ook een aantal knoppen beschikbaar:
Laat de lijst met beschikbare sjablonen zien in de partituur die kunnen worden toegepast op de huidige notenbalk.
Herstel alle notenbalk eigenschappen naar de eigenschappen van het gekozen sjabloon.
Voeg de huidige eigenschap instellingen toe aan een nieuw sjabloon (nog niet geïmplementeerd).
Sluit het dialoog en pas de wijzigingen toe.
Sluit het dialoog zonder de wijzigingen toe te passen.
Deze groep eigenschappen definiëren het uiterlijk van de fret markeringen.
Bepaal of snaar lijnen 'door' de fret markering lopen of daar moet worden onderbroken.
Voorbeeld met cijfers op onderbroken lijnen:
Voorbeeld met letters boven doorlopende lijnen:
Voorbeeld van een 'ondersteboven' tablatuur (zelfde inhoud als het cijfer voorbeeld hierboven):
Deze groep eigenschappen definiëren het uiterlijk van de nootwaarden.
Er worden symbolen in de vorm van noten weergegeven boven de notenbalk. Wanneer deze optie wordt gekozen, dan worden de symbolen alleen weergegeven wanneer de nootwaarde veranderd, zonder deze te herhalen (als standaard) voor de reeks van noten met dezelfde waarde.
Voorbeeld van waarden met nootsymbolen:
Noot stokken en waardestrepen (of vlaggen) worden weergegeven. De waarde wordt weergegeven voor iedere noot waarbij dezelfde typografische vormen worden gebruikt als bij een normale notenbalk. Alle commando's in het standaard Waardestreep Palet kunnen hierop ook worden toegepast.
Voorbeeld met waarde aangegeven door stokken:
Toont een kort stukje partituur in tablatuur formaat waarin alle huidige parameters zijn toegepast.
MuseScore 2.0 heeft verschillende nieuwe functies om de schrijfwijze van oude muziek (vooral middeleeuws en uit de renaissance) verwant aan commerciële edities uit de 20e eeuw mogelijk te maken.
Omdat de meeste muziek uit de renaissance geen maatstrepen gebruikt (danwel niet in maten verdeeld is), wordt met het verdelen van lange noten en het binden over de maatstrepen daarvan het uiterlijk van de partituur sterk veranderd. Het herkennen van de lange melodie lijnen en herhaalde motieven word daarmee lastig. Daarom bevat MuseScore een experimentele weergave mogelijkheid waarbij de nootwaarde in tact blijven. Deze methode kan worden geactiveerd door het aanzetten van deze optie in Partituur sectie van het Stijl dialoog, te vinden onder Stijl → Algemeen...
Na het toepassen zal de weergave direct worden aangepast.
Originele notatie (De Profundis Clamavi voor 4 stemmen door Nicolas Champion)
Voor de stijl aanpassing
Na de stijl aanpassing
Merk op dat deze mogelijkheid nog experimenteel is en daarom fouten kan bevatten. De langste noot waarde die word ondersteund is de longa (een longa met een punt word onderverdeeld en verbonden).
Om de maatstrepen te verwijderen kan de optie "Laat maatstrepen zien" in het notenbalk-eigenschappen dialoog worden uitgezet maar er is ook een andere mogelijkheid.
Omdat de afwezigheid van maatstrepen het uitvoeren van de muziek meer ingewikkeld maakt voor de huidige muzikanten hebben veel moderne muziekschrijvers een compromis gemaakt genaamd Mensurstrich. Hierbij worden maatstrepen tussen maar niet door de notenbalken geplaatst. Dit is nu ook mogelijk: dubbelklik op een maatstreep en sleep de onderkant naar de notenbalk onder de maatstreep, sleep nu de bovenkant naar de onderkant van de huidige notenbalk. Voer dit uit in de precisie mode (hou de Shift ingedrukt). De-selecteer de maatstreep en de wijziging wordt nu gedaan in de hele notenbalk.
Het is wellicht handiger om de Instellingen handmatig aan te passen. Open het Instellingen venster, druk op F8 en selecteer een maatstreep. De juiste waarden zijn:
Standaard | Mensurstrich | |
---|---|---|
Omspannen notenbalken | 1 | 2 |
Omspan vanaf | 0 | 8 |
Omspan tot | 8 | 0 |
Indien je aan het einde van de partituur of sectie de maatstrepen weer terug wilt zetten naar de standaard waarden, denk er dan aan om dit te doen terwijl je de Ctrl toets indrukt anders zal de gehele notenbalk worden aangepast.
Voordat het concept bestond van een absoluut gehoor moesten de uitvoerende artiesten de vocale muziek transponeren naar een zingbaar bereik voor het ensemble tijdens het uitvoeren. Om hen te helpen was er soms een ambitus opgenomen in de partituur die daarbij het gehele bereik van een stem aangaf aan het begin van een stuk. De ambitus is opgenomen in het lijnen palet en kan onderaan worden gevonden, sleep het van hier uit naar de sleutel. Het bereik wordt hierbij automatisch gedetecteerd.
De ambitus neemt alle maten van muziek in ogenschouw tot aan het eerst volgende sectie-einde, hierna kan een nieuwe ambitus worden toegevoegd. Het kan handmatig of automatisch worden aangepast in het Instellingenoverzicht. Selecteer eerst de ambitus die moet worden aangepast. Gebruik de bovenste en onderste noot waarden om het bereik in te stellen. Voor automatisch aanpassen klik je op de Bereik bijwerken knop in het Instellingenoverzicht.
In het mensurale notatie systeem geeft de maatsoort niet de lengte (duur) van een maat aan maar de lengte (duur) van brevis en semibrevis. MuseScore ondersteund de mensurale maatsoort symbolen als een weergave optie in het maatsoort-eigenschappen dialoog in plaats van symbolen maar deze zijn slechts voor de weergave van de verhouding van bijvoorbeeld het aantal halve noten per hele noot kan niet worden aangepast.
Deze symbolen kunnen worden gebruikt bij het repliceren van muziek waarbij de componisten uit de renaissance meerdere stemmen gelijktijdig in verschillende maatsoorten hebben geschreven zonder gebruik te maken van antimetrische figuren. Bewerk hiervoor de maatsoort per notenbalk, zolang het begin en het einde van een maat in alle notenbalken maar overeenkomen. Als dit niet lukt, overweeg dan om de grootte van de maat te vergroten naar de laagste gemeenschappelijke deler.
De Profundis Clamavi voor 5 stemmen door Josquin Des Prez
Als je een partituur hebt geschreven voor een ensemble, dan kan MuseScore de bladmuziek maken die alleen de individuele partij voor iedere muzikant in het ensemble bevat.
Je kunt de partijen op ieder gewenst moment definiëren na het maken van een nieuwe partituur. Je hoeft de partijen slechts één te definiëren voor iedere partituur, maar je kunt nog wel aanpassing maken indien nodig. De volgende instructies gebruiken een strijkkwartet als voorbeeld, maar het principe is van toepassing op alle ensembles.
Vanuit het hoofd menu kies je Bestand → Partijen...
In het Partijen venster klik je dan op Nieuw om een "partij definitie" te maken.
In het rechter deel voer je de tekst in die je wilt gebruiken als "Titel van de partij" (deze naam wordt ook gebruikt als bestandsnaam bij het exporteren van de partij).
Kies het instrument dat in deze partij moet worden weergegeven door het te markeren in het rechter deel van het venster onder Instrument. Meestal wil je dat er maar één instrument in een partij komt te staan maar soms wil je er meer dan één instrument in hebben (als er bijvoorbeeld meerdere percussie notenbalken zijn). In MuseScore kun je zoveel instrumenten markeren als je wilt.
Herhaal de stappen 2 tot en met 4 hierboven voor iedere partij die nodig is.
Zodra je klaar bent druk je op OK om het Partijen venster te verlaten.
Je bent nu klaar met het instellen van de partijen. Je hoeft dit niet nog een keer te doen, tenzij je een instrument wilt toevoegen of verwijderen uit de partituur. In de huidige versie van MuseScore is het niet mogelijk om een enkele notenbalk (die twee of meer stemmen bevat) te splitsen in losse partijen. Dus ieder instrument dat je wilt afdrukken in een aparte partij moet ook zijn eigen notenbalk hebben in de partituur.
Als je een orkest partituur hebt waarin voor ieder instrument een partij gemaakt moet worden dan kun je dit op een makkelijker manier doen:
Ga naar Bestand → Partijen...
Druk op de Allemaal nieuw knop (partijen krijgen de naam van het instrument en deze wordt, indien nodig, aangevuld "-<number>").
Druk op OK.
Nu is er een tabblad aangemaakt voor iedere partij in je partituur.
Ga naar Bestand → Exporteer partijen....
Navigeer naar de locatie waar je de partijen wilt opslaan en kies het bestandsformaat (standaard is dit PDF).
Als bestandsnaam kun je ieder gewenste voorvoegsel gebruiken dat wenselijk is voor alle partijen of je laat de standaard staan (de naam van je partituur).
Klik Opslaan.
Nu worden de bestanden aangemaakt met de naam "<titel>" + "-" + "<partij naam>.<extensie>". Als extra, bij het exporten naar PDF, wordt ook het bestand "<titel>" + "-Partituur_en_partijen.pdf" aangemaakt.
De partijen en de partituur zijn "gekoppeld". Dit betekent dat iedere aanpassing in de inhoud in beide wordt uitgevoerd. Alleen voor aanpassingen in de opmaak geldt dit niet. Zodra je de partijen hebt gemaakt worden ze opgeslagen samen met de partituur (zodra de partituur opent zijn er tabbladen beschikbaar voor de partituur en iedere partij die je hebt gemaakt).
Je kunt iedere partij afzonderlijk opslaan door de betreffende tabblad te selecteren en dan gebruik te maken van Bestand → Sla op als...
Verschillende meta labels worden automatisch gegenereerd bij het maken van een partituur en er kunnen er later meer worden toegevoegd. Deze kunnen worden gebruikt in de Kop-/voettekst van de partituur.
Bestand → Info... laat de waarde van de bestaande meta labels zien (sommige kunnen leeg zijn).
Iedere partituur heeft de volgende meta labels. Sommige worden automatisch gevuld bij het maken van een partituur met de volgende details:
De eerste drie items in de bovenstaande lijst kunnen niet worden gebruikt in de koptekst of voettekst (ze zijn eigenlijk geen meta labels).
Iedere partij heeft als extra de volgende meta label, gegenereerd en gevuld bij het maken van de partijen:
Om een meta label van een partituur aan te passen met gekoppelde partijen, moet je zorgen dat de partituur het actieve tabblad is. Om een meta label voor een individuele partij aan te passen, moet deze partij het actieve tabblad zijn.
Ga naar Bestand → Info... en wijzig de huidige tekst of vul tekst in bij een leeg label.
Om een meta label aan een partituur met gekoppelde partijen toe te voegen, moet je zorgen dat de partituur het actieve tabblad is. Om een meta label aan een individuele partij toe te voegen, moet deze partij het actieve tabblad zijn.
Ga naar Bestand → Info... → Nieuw
Vul de naam in voor de nieuwe meta label en klik OK (of Annuleren). De meta label wordt toegevoegd aan de label lijst. Je kunt daarna de inhoud bij de label invullen.
Je kunt de inhoud van de meta labels in de kop- of voettekst van de partituur laten weergeven. Om een kop- of voettekst te maken voor een partituur met gekoppelde partijen, moet je zorgen dat de partituur het actieve tabblad is. Om een kop- of voettekst te maken voor een individuele partij moet deze partij het actieve tabblad zijn.
Ga naar Stijl → Algemeen... om het Stijl bewerken venster te openen en kies Koptekst, voettekst, nummers in de lijst aan de linkerkant.
Als je met de muis over het koptekst of voettekst gebied beweegt dan kom een lijst met macro's te voorschijn met daarbij de betekenis en de bestaande meta labels met hun inhoud.
Je kunt deze labels (bv. $:workTitle:) en macro's (e.g. $M) in de betreffende vakken om ze toe te voegen aan de kop- of voettekst.
Klik op Toepassen om te zien hoe de kop- of voettekst eruit ziet in de partituur. Klik op OK om de kop- of voettekst vast te leggen in de huidige partituur of partij. Indien het actieve tabblad een partij is, dan kun je ook klikken op Pas toe op alle partijen als je dat wilt en daarna op OK om het venster te verlaten. Met de knop Annuleren verlaat je het venster zonder de wijzigingen toe te passen.
Plugins zijn stukjes programmacode om een bepaalde functie aan MuseScore toe te voegen. Met het toevoegen van een plugin komt er een nieuwe optie bij in het Plugins menu in MuseScore zodat de actie kan worden uitgevoerd op de partituur of een deel daar van. Plugins bieden de mogelijkheid aan de gebruikers met minimale programmeer kennis functies toe te voegen een de software.
Een aantal plugins worden met MuseScore meegeleverd, zie →hieronder. Je kunt nog veel meer plugins vinden in de plugin bibliotheek. Sommige plugins werken met MuseScore 2 en andere werken alleen met oudere versies van MuseScore.
Merk op dat het voor sommige plugins noodzakelijk kan zijn dat er additionele componenten geïnstalleerd moeten worden (zoals lettertype, e.d.) om er gebruik van te kunnen maken. Controleer de documentatie van de plugin voor meer informatie hierover.
De meeste plugins worden geleverd als een ZIP bestand, download het zip bestand voor de plugin en pak het uit in één van de mappen die hieronder genoemd worden.
Sommige worden geleverd als een .qml bestand, download en plaats het direct in één van deze mappen.
MuseScore zoekt naar plugins in %ProgramFiles%\MuseScore 2\Plugins
(of %ProgramFiles(x86)%\MuseScore 2\Plugins
voor de 64-bit versies) en in %LOCALAPPDATA%\MuseScore\MuseScore 2\plugins
voor Vista en Windows 7 of C:\Documents and Settings\USERNAME\Local Settings\Application Data\MuseScore\MuseScore 2\plugins
(aangepast aan je taal versie) bij XP.
Op Mac OX X zoekt MuseScore naar plugins in de MuseScore bundel in /Applications/MuseScore 2.app/Contents/Resources/plugins
en in ~/Library/Application Support/MuseScore/MuseScore 2/plugins
. Om de bestanden in de app bundel te kunnen plaatsen klik je met rechts (Control-klik) op de MuseScore.app en kies je "Show package contents" om de Contents
map weer te geven. Wees hierbij voorzichtig en gebruik de Contents/Resources/plugins
en niet de Contents/plugins
map.
In Linux zoekt MuseScore voor plugins in /usr/share/mscore-2.0/plugins
en in ~/.local/share/data/MuseScore/MuseScore 2/plugins.
Om toegang te krijgen tot de geïnstalleerde plugins in het Plugins menu moeten ze eerst aangezet worden in Plugin-beheer. Kies hiervoor Plugins → Plugin-beheer...:
Zet de plugin aan door het plaatsen van een vinkje voor de betreffende plugin. Een plugin kan worden uitgezet door het vinkje weg te halen.
Het is mogelijk om nieuwe plugins te maken, ze te bewerken en uit te voeren via de Plugin-maker. Kies hiervoor Plugins → Plugin-maker...:
Hier kan ook de documentatie worden gevonden van de beschikbare elementen.
Een aantal plugins zijn voor-geïnstalleerd met MuseScore maar ze zijn niet aangezet. Zie →hierboven hoe ze kunnen worden aangezet.
Deze plugin importeert ABC tekst uit een bestand of van het plakbord. Een internet verbinding is hierbij nodig omdat het gebruikt maakt van een externe web-service voor de conversie van de informatie die gebruik maakt van abc2xml om de ABC data om te zetten in MusicXML om die vervolgens in MuseScore te importeren.
Deze plugin voegt regelafbrekingen volgens de gekozen interval in voor de geselecteerde maten of, indien er geen maten zijn geselecteerd, voor de gehele partituur. Deze wordt niet langer met MuseScore meegeleverd want hij is vervangen door Bewerken → Gereedschappen → Voeg toe/Verwijder regelafbrekingen.... Mocht je gebruik hebben gemaakt van een beta versie van MuseScore 2 dan is het mogelijk dat deze plugin is achtergebleven.
Deze voorbeeld plugin kleurt de noten afhankelijk van de toonhoogte. Het kleur de nootkoppen van alle noten in iedere notenbalk en stem volgens de BoomWhackers conventie. Iedere toonhoogte heeft een andere kleur. C en C♯ hebben een andere kleur. C♯ en D♭ hebben dezelfde kleur.
Om alle noten zwart te maken voer je dezelfde plugin nogmaals uit (op dezelfde selectie). Je kunt hiervoor ook gebruik maken van de 'Remove Notes Color' plugin.
Deze voorbeeld plugin maakt een nieuwe partituur. Het maak een nieuwe piano partituur met 4 kwarten C D E F. Het is een goed voorbeeld om te leren hoe je een nieuwe partituur maakt en noten toevoegt vanuit een plugin.
Deze demo plugin laat een aantal basis taken zien.
Deze plugin benoemd de noten. Het gebruikt de Engelse naam voor de noten (zoals in notenbalk tekst). Voor stem 1 en 3 boven, voor stem 2 en 4 onder de notenbalk, akkoorden in door komma's gescheiden lijst, beginnend met de bovenste noot.
Een vertaalde versie, die de noot namen gebruikt volgens je eigen taal instellingen is beschikbaar in de plugin bibliotheek.
Deze plugin maakt een paneel (venster).
Dit maakt een willekeurig partituur.
Dit maakt ook een willekeurig partituur.
Deze voorbeeld plugin voert een extern commando uit. Deze werkt vermoedelijk alleen in Linux.
Deze test plugin wisselt in de partituur lijsten.
Voorbeeld plugin om het gebruik van partituur weergave te laten zien.
Deze test plugin "loopt" door alle elementen in een partituur.
Sommige gereedschappen werken net als een plugin omdat ze handelingen "automatisch" uitvoeren, zie Gereedschappen. Een aantal van deze zijn voorheen zelfs plugins geweest.
If MuseScore or your computer should crash, or if power is lost, a pop-up message upon restarting MuseScore will ask if you wish to restore the previous session.
If you click No, any work from your previous session will be lost. If you click Yes, MuseScore will attempt to recover the files that were open.
When MuseScore recovers files after a crash, it renames them with the full path name added in front of the original file name. This very long name will appear in the tab(s) above the active score window. On some operating systems, when a user saves any of these recovered files, it will be saved in the folder in which the program itself is running. This is not necessarily the same directory in which the scores were saved when they were created. You may not be able to locate the revised file in the usual folder.
To avoid this, do not use "Save" the first time you save a recovered file. Use the "Save As..." menu item before making any revisions to the score, to save each recovered file under either its original name or a new name. This will open a window to allow you to navigate to the correct folder and directory. This is important in order to ensure that the file is saved to the folder in which you expect to find it later.
In the event that "Save" is used instead of "Save As..." with a recovered file, you will have to find the files in your computer. The actual location of those files will vary, depending on your operating system, and in which directory MuseScore is installed.
For Windows 7, with a default installation of MuseScore to the x86 program files directory, recovered files are auto-saved to C:\Program Files (x86)\MuseScore 2\bin
(actually %ProgramFiles(x86)%\MuseScore 2\bin
).
For Windows 10, look in C:\Users\[User Name]\AppData\Local\VirtualStore\Program Files (x86)\MuseScore 2\bin
(actually%LOCALAPPDATA%\VirtualStore\%ProgramFiles(x86):~3%\MuseScore 2\bin
).
You may need to run a system-wide search in order to find files saved directly after a session recovery. Use keywords from the original file name as well as wildcards, and specify the date modified.
MuseScore wordt geleverd met ondersteuning voor de gratis "open source" NVDA screen reader voor Windows. Momenteel worden andere "screen readers" niet ondersteund (zoals Jaws voor Windows, of VoiceOver voor Mac OS X).
Dit document is geschreven voor blinde en slechtziende gebruikers van MuseScore 2.0.
Het is niet bedoeld om een volledige beschrijving te bieden van alle functies van MuseScore.
Je moet dit lezen in samenhang met de reguliere MuseScore documentatie.
De functies in dit document zijn getest op Windows met NVDA. Andere scherm lezers en andere besturingssystemen kunnen anders werken, of helemaal niet.
Tot op heden is MuseScore 2.0 voornamelijk toegankelijk als een partituur lezer, niet zozeer als een partituur bewerker. Dit document zal zich dan ook voornamelijk richten op de functies "partituur lezen", met slechts een korte beschrijving van de functies "partituur bewerken".
Wanneer u MuseScore voor de eerste keer uitvoert, kunt u desgewenst het venster Starthulpscherm permanent uitschakelen:
Sluit eerst het Starthulpscherm. Kies dan in het menu Bewerken het item Voorkeuren... (Alt+E) en verwijder het vinkje naast "Laat starthulpscherm".
Klik op Toepassen en/of OK om de wijziging op te slaan.
De gebruikersinterface in MuseScore werkt net als in andere notatie programma's en andere document georiënteerde programma's in het algemeen. Het heeft een enkel document venster waarin u kunt werken met een partituur. MuseScore ondersteunt wel meerdere document-tabbladen in dit venster.
Het ondersteunt ook een weergave in deelvensters om u toe te laten met twee documenten te werken in een keer. Er kunnen meerdere tabbladen in elk venster te voorkomen.
Daarnaast beschikt MuseScore over een menubalk die u kunt openen via de snelkoppelingen voor de individuele menu's:
Alleen het menu Bestand is van belang bij het gebruik van MuseScore als een "partituur lezer".
Als u een menu geopend hebt, moet u de pijltjestoetsen Omhoog of Omlaag gebruiken.
Er zijn ook een aantal werkbalken, paletten en deelvensters binnen MuseScore.
U kunt door de besturingselementen heen stappen met de Tab-toets (of met Shift+Tab om terug te keren).
Wanneer u MuseScore start, of een partituur laadt, moet de focus in het hoofdvenster staan. Het gebruik van de Tab-toets brengt u naar een werkbalk met een reeks knoppen voor opdrachten zoals Nieuw, Open, Afspelen, enzovoort. De Tab-toets zal de knoppen overslaan die momenteel niet actief zijn. De namen en sneltoetsen (indien van toepassing) voor deze knoppen moeten worden gelezen door de schermlezer.
Indien u alle knoppen van de werkbalk hebt doorlopen, zal de Tab-toets u naar de Paletten leiden.
Die worden gebruikt om diverse elementen aan een partituur toe te voegen, maar zijn momenteel niet beschikbaar. De Tab brengt u eerst naar een keuzelijst waarmee u tussen de verschillende werkruimten kunt kiezen (inclusief de door u vervaardigde en opgeslagen werkruimten) en ten slotten naar een knop voor het creëren van een nieuwe werkruimte.
Als u een van de optionele vensters, zoals het venster "Instellingenoverzicht" of het selectiefilter hebt geopend, zal de Tab-toets ook deze bezoeken.
U kunt vensters die u niet nodig hebt sluiten door te gaan naar het menu Weergave en ervoor te zorgen dat geen enkel van de selectievakjes van de eerste reeks aangevinkt is (de reeks boven "Inzoomen").
Standaard zullen alleen de Paletten, de Navigator en "MuseScore Connect" worden geselecteerd. De laatste twee zijn niet opgenomen in de tabvolgorde.
Om de focus terug op het partituur venster te zetten nadat u de werkbalken en de deelvensters hebt bezocht: druk Esc
Dit wist ook elke selectie die u in de partituur venster hebben gemaakt.
Wanneer u voor het eerst MuseScore 2.0 start, wordt een lege partituur geladen met de titel "My First Score". Als u wilt experimenteren met de verschillende bewerkingsfuncties, is dit een goede plek om te beginnen. Anders zul je waarschijnlijk willen beginnen met het laden van een partituur.
MuseScore gebruikt de standaard sneltoetsen voor toegan tot de systeem commando's zoals:
Ctrl+O (Mac: Cmd+O) om een bestand te openen
Ctrl+S (Mac: Cmd+S) om op te slaan
Ctrl+W (Mac: Cmd+W) om te sluiten enz.
Als u Ctrl+O (Mac: Cmd+O) gebruikt om een partituur te laden, wordt u een vrij standaard dialoogvenster getoond. (eigenlijk door Qt voorzien). MuseScore kan uiteraard partituren in zijn eigen formaat (MSCZ of MSCX) openen maar kan ook geïmporteerde partituren openen in het standaard MusicXML formaat, in het MIDI-formaat, en nog een paar andere programma's zoals Guitar Pro, Capella, en Band-in-a-Box.
Zodra u een partituur hebt geladen, wordt deze weergegeven in een nieuw tabblad binnen het partituur-venster. U kunt schakelen tussen de tabbladen inhet partituur-venster met Ctrl+Tab (geldt niet voor Mac).
Er zijn een paar interessante dingen die u kunt doen met een geladen partituur naast het lezen noot voor noot. U kunt op Spatie klikken om de partituur af te spelen. U kunt Bestand/Exporteren gebruiken om te converteren naar een ander formaat, zoals PDF, PNG, WAV, MP3, MIDI, MusicXML, enz. En natuurlijk kunt u het afdrukken via Bestand/Druk af of Ctrl+P (Mac: Cmd+P).
Als een partituur meerdere instrumenten bevat, kan het zijn dat gekoppelde partijen reeds zijn gecreëerd. Gekoppelde partijen worden gepresenteerd als partij tabbladen binnen partituur tabs, maar op dit moment is er geen manier om deze deel tabbladen met het toetsenbord navigeren. De partijen zouden normaal gesproken geen informatie bevatten welke verschilt van de partituur; ze worden gewoon anders weergegeven (elke partij op zijn eigen pagina). Als een partituur niet alle partijen gegenereerd, kunt u dit doen via Bestand / Partijen..., en dat dialoog is toegankelijk. Als u de partijen wilt af te drukken, dan kunt u dat realiseren door de partijen te exporteren met behulp van de het Bestand / Exporteer Partijen... dialoog, dat automatisch alle partijen exporteert naar PDF (of andere formaten).
Zodra een partituur word geopend dan is het partituur venster actief maar er is dan niets geselecteerd. De eerste stap om een partituur te kunnen lezen is door iets te selecteren en de meest gebruikelijke plaatst om bij te beginnen is bij het eerste element in de partituur. Dit doe je met Ctrl+Home (Mac: Cmd+Home). Dit kun je ook gebruiken wanneer je de selectie annuleert door het indrukken van Esc.
Als je navigeert tussen de elementen dan zal de screen reader de naam van het element dat geselecteerd is (meest waarschijnlijk de sleutel aan het begin van de bovenste notenbalk van de partituur) laten horen. Je hoort dat het de naam van het element zegt (bijvoorbeeld, "G-sleutel") en het geeft je ook de informatie over de positie (bijvoorbeeld, "Maat 1; Tel 1; Notenbalk 1"). De hoeveelheid informatie die wordt gelezen kan momenteel niet worden aangepast. We hebben geprobeerd de meest belangrijke informatie als eerste te laten horen zodat je snel kunt verder gaan naar het volgende element voordat alles gelezen is of je kunt gewoon weg de rest van de tekst die gelezen wordt negeren. Met het drukken de op Shift toets kun je het lezen onderbreken, dat kan soms ook handig zijn.
De meeste navigatie in MuseScore gaat alleen om de noten en rusten - het zal muzieksleutels, toonsoorten, maatsoorten, maatstrepen en andere elementen overslaan. Als je gebruik maakt van de standaard Rechts en Links pijltjes toetsen om door de partituur te verplaatsen dan hoor je alleen informatie over de noten en rusten (en de elementen die daar aan gekoppeld zijn). Er zijn echter twee speciale navigatie commando's die bruikbaar zijn om een meer compleet beeld te geven van de partituur:
Deze commando's omvatten ook de muzieksleutels en andere elementen die de andere navigatie commando's overslaan en navigeren ook door alle stemmen in de huidige notenbalk, waarbij de andere commando's zoals Rechts en Links alleen navigeren in de geselecteerde stem totdat je expliciet van stem wisselt. Als je bijvoorbeeld op een kwartnoot op de eerste tel van de eerste maar bent en er zijn twee stemmen in die maat, dan ga je door het indrukken van het pijltje naar Rechts naar de volgende noot van stem 1 - die op de tweede tel staat - terwijl het indrukken van Ctrl+Alt+Shift+Rechts (Mac: Cmd+Option+Shift+Rechts) in de eerste maat zal blijven en dan doorgaat met de noot van de tweede stem. Zodra je alle noten gehad hebt op de huidige tel in de huidige notenbalk dan gaat dit commando verder op de volgende tel. De bedoeling van dit commando is dat het je helpt bij het navigeren door een partituur waarvan je inhoud nog niet kent.
Zodra je naar een element navigeert, dan zal de screen reader de beschikbare informatie daarover geven. Voor noten en rusten wordt ook de informatie gegeven van de elementen die eraan gekoppeld zijn, zoals liedtekst, articulatie, akkoordsymbolen, etc. Op dit moment is er nog geen manier om direct naar deze elementen te navigeren.
Een belangrijke opmerking: Omhoog en Omlaag zowel los als met Shift of met Ctrl / Cmd zijn geen bruikbare toetsen voor het navigeren! Zij verhogen of verlagen de toonhoogte van de geselecteerde noot of noten. Pas op dat je hiermee niet per ongeluk de partituur aanpast wanneer je deze aan het lezen bent. Omhoog en Omlaag kunnen alleen worden gebruikt in combinatie met Alt/Option voor het navigeren. Zie de lijst met navigatie commodo's hieronder.
De volgende snelkoppeling zijn beschikbaar om "horizontaal" door de partituur te verplaatsen:
De volgende snelkoppelingen zijn beschikbaar om "verticaal" door de partituur te verplaatsen:
Het Alt+Omhoog and Alt+Omlaag commando zijn gelijk aan het Ctrl+Alt+Shift+Rechts en Ctrl+Alt+Shift+Links commando die ontworpen zijn om de inhoud van een partituur te ontdekken. Je hoeft het aantal noten in een akkoord, het aantal stemmen in een notenbalk of hoeveel notenbalken er zijn in een partituur niet te weten om verticaal door de partituur te verplaatsen met deze commando's.
Om sommige elementen zoals liedtekst of akkoordnamen uit te sluiten bij het lezen van een partituur kan gebruik worden gemaakt van het Selectie Filter (F6). De-selecteer de elementen die je niet wilt lezen.
Met de spatiebalk wordt het afspelen gestart en gestopt. Het afspelen start bij de geselecteerde noot, indien er één is geselecteerd, waar het afspelen is gestopt indien er geen noot is geselecteerd, of aan het begin van de partituur bij het voor eerste keer starten van het afspelen.
MuseScore ondersteund het afspelen in een lus zodat je een gedeelte kunt herhaling voor het oefenen. Om de "in" en "uit" positie van de lus in te stellen gebruik je het Afspeelpaneel (F11):
Je kunt het afpelen van de lus en andere afspeel parameters, zoals het wijzigen van het basis tempo van een partituur, met het Weergave / Afspeelpaneel (F11) aanpassen.
Het bewerken van een partituur is momenteel niet erg toegankelijk - er zijn teveel partituur elementen die het gebruik van de muis vereisen om ze in de partituur te plaatsen. Visuele referentie en het handmatig aanpassen van de positie van de verschillende elementen is soms noodzakelijk omdat MuseScore slechts gelimiteerd rekening houd met andere elementen.
Hier tegen over staat wel dat MuseScore een voldoende standaard platform beidt om te experimenteren met de basis van het invoeren van noten.
Om de noot invoer mode te activeren navigeer je eerst naar de maat waar je de noten aan wilt toevoegen en dan druk je op "N". Bijna alles met betrekking tot het invoeren van noten is ontworpen om met het toetsenbord te kunnen worden ingevoerd en de standaard documentatie zou voldoende hulp moeten bieden bij dit proces. Bedenk wel dat MuseScore in noot invoer mode of normale mode kan staan en het is niet altijd even duidelijk in welke mode je bent. Bij twijfel kun je Esc in drukken. Als de noot invoer mode actief was dan wordt deze uitgezet. Als je in normale mode was, dan blijf je in deze mode echter wordt je huidige selectie geannuleerd.
Je kunt de toegewezen toetsenbord sneltoetsen aanpassen met Bewerken / Voorkeuren / Sneltoetscombinaties. Wellicht dat er in de toekomst een speciale set met sneltoetsen beschikbaar komt die geoptimaliseerd is voor toegankelijkheid en/of een manier waar mee het opslaan en laden van sneltoets definities mogelijk wordt.
Kies: Bewerken → Voorkeuren... (Mac: MuseScore → Voorkeuren...):
Hier kun je bijvoorbeeld een eigen algemene stijl opzetten of voorgeselecteerde mappen instellen voor iedere keer dat je MuseScore gebruikt.
Het venster Voorkeuren heeft volgende tabs:
Voor sommige wijzigingen is een herstart (sluiten en weer openen) van MuseScore nodig om effect te hebben. Je krijgt hier een melding van zodra je op Toepassen of op OK klikt.
Herstel de standaardwaarden van alle voorkeuren herstelt alle voorkeuren zoals MuseScore ze oorspronkelijk heeft ingesteld.
Met Annuleren verlaat je het venster, zonder de (eventuele) wijzigingen op te slaan.
Hier kunt je het volgende instellen:
Opmerking: Een bijgewerkte vertaling kun je ook ophalen: Help → Databronnen-beheer
Hier kun je de achtergrond en het papier instellen en onder Allerlei:
Teken afronding met anti-aliasing:
Dit is een techniek waarbij het karteleffect van diagonale lijnen en hoeken van objecten minder opvalt.
Afstand voor het selecteren van elementen:
Dit is de afstand tot een object waarbij de muis het nog kan activeren.
Kleinere afstanden vergen meer precisie waardoor het moeilijker wordt om het object aan te klikken.
Grotere afstanden zijn minder precies waardoor het moeilijk wordt om een nabij gelegen object te ontwijken.
Kies een comfortabele afstand.
Hier kun je de voorkeuren instellen voor noteninvoer en MIDI afstandsbediening.
De volgende items kunnen worden ingesteld:
De voorkeuren bij de partituur zijn:
I/O staat voor Input en Output
Hier bepaal je hoe bestanden van andere bronnen worden geïmporteerd:
Deze instellingen bepalen hoe MuseScore bestanden exporteert:
Alle mogelijke bewerkingen van MuseScore zijn hier in een lijst weergegeven met de eraan verbonden sneltoetscombinatie indien die er is.
Met de knop Bepaal… kun je zelf een sneltoets instellen voor een bepaalde actie.
Je kunt tot 4 combinaties instellen.
Je kunt ook alle oorspronkelijk sneltoetscombinaties terugzetten of een bepaalde sneltoets wissen.
Opmerking: Sommige sneltoetscombinaties kunnen niet op ieder toetsenbord gebruikt worden. Test het eerst uit.
Je kunt de automatische controle voor een nieuwe versie bij het opstarten van MuseScore aan- of uitzetten.
Je kunt ook handmatig controleren op een nieuwe versie via: Help → Controleer op nieuwe versie
In piano partituren is het gebruikelijk om beide notenbalken (bas en viool sleutel) te gebruiken voor een muzikale frase.
Dit kan in MuseScore als volgt worden ingevoerd:
Voer alle noten in één notenbalk in:
Ctrl+Shift+↓ verplaatst de geselecteerde noot of akkoord naar de volgende notenbalk (Mac: ⌘+Shift+↓.)
Als je de waardestreep wilt verplaatsen, dubbelklik dan op de waardestreep om de handgrepen weer te geven. Gebruik de handgrepen om de opmaak aan te passen.